Bloedgroepen van de kat in het algemeen en de Maine Coon in het bijzonder

 

Bloedgroepen van de kat in het algemeen en de Maine Coon in het bijzonder

Door Marjan Boonen, namens de werkgroep Maine Point, Rasclub Maine Coon
Januari 2013, bewerkt september 2016

Zie ook artikel: Bloedgroep onbekend?

De aanleiding voor het schrijven van dit artikel is het feit dat er recentelijk door veel fokkers gebruik wordt gemaakt van de zogenaamde combinatie DNA-testen. Hierin kan middels een swab of bloed onderzoek worden gedaan naar het voorkomen van diverse erfelijke ziekten, maar wordt de bloedgroep vaak ook als onderdeel van de combinatietest meegenomen. Hierdoor krijgen Maine Coon fokkers automatisch de bloedgroep van hun katten te weten. Maar wat is het belang van het kennen van de bloedgroep van de kat en wat zijn de consequenties er van met fokken?

Algemeen
Bij de kat bestaan er 3 soorten bloedgroepen:
A (kan genetisch gezien AA of Ab zijn), b (is genetisch bb) en AB.

Bij alle rassen is A de meest voorkomende. Het voorkomen van bloedgroep b verschilt erg per ras; een aantal rassen hebben hoge percentages, maar in sommige andere rassen komt het weinig tot niet voor. Ooit is er een mutatie opgetreden die het ontstaan van bloedgroep b heeft bewerkstelligd. Bloedgroep AB is erg zeldzaam en men tast over het ontstaan en de vererving ervan nog in het duister. Bij de Maine Coon is bloedgroep A het meest voorkomend en bloedgroep b omvat ongeveer 5% of minder van de populatie.

Bloedgroepen van de Maine Coon
Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat de Maine Coon tot de groep raskatten behoort die een vrij gering percentage vertegenwoordigers met bloedgroep b heeft. In het overzicht hieronder zijn resultaten van 2 verschillende onderzoekteams te vinden, te weten het team van het voormalige Fabcats-team (nu International Cat Care) en van Dr. Addie. Beide groepen hebben sites op het internet waar veel goede informatie over het onderwerp bloedgroepen bij katten te vinden is.

Problemen bij incompatibele bloedgroepen van ouderpaar combinaties
Incompatibele bloedgroepen zijn kort gezegd bloedgroepen die niet verenigbaar zijn, zonder dat dat schade aan de gezondheid van het dier toebrengt. Bij katten zijn dat de bloedgroepen A en b. Bloedgroep b heeft antistoffen tegen bloedgroep A; deze antistoffen breken de rode bloedlichaampjes af. Als een kat met bloedgroep A, bloed met bloedgroep b krijgt toegediend, is er een grote kans dat de kat hierdoor sterft. Zonder voldoende rode bloedlichaampjes (die zuurstof in het bloed vervoeren) kunnen de organen, de stofwisseling enzovoort, niet meer goed werken. Bij net geboren kittens kunnen er via hun nog niet “gesloten” darmcellen via de moedermelk afweerstoffen in het bloed van de kittens worden opgenomen. Zoals hiervoor beschreven, kunnen de kittens daardoor sterven. (voor meer informatie, zie de link van Dr. Addie) Deze “ziekte”, dit probleem, heet Neonatale Isoerythrolyse. Er zijn methoden om deze ziekte te voorkomen als tijdens de dracht (of daarvoor) bekend wordt dat de kittens hier risico op lopen. Daarover verderop meer.

Om hier direct duidelijkheid te scheppen: de enige combinatie van bloedgroepen van ouderdieren die direct gevaar voor pasgeboren kittens oplevert, is die van een moederpoes met bb (b) en een vader met AA, Ab of AB (deze laatste groep is zeer zeldzaam en moet behandeld worden als AA of Ab). Dan kunnen er kittens geboren worden met de bloedgroep A (omdat A dominant is over b). Een kater met bloedgroep b kan met alle soorten bloedgroepen verpaard worden, maar het blijft van belang dat de bloedgroep van hun kittens worden getest als daar verder mee gaat worden gefokt.

Er is een uitzondering op deze regels: een moederpoes met bloedgroep A kan in principe zonder problemen kittens van bloedgroep b voeden, omdat ze weinig tot geen antistoffen tegen bloedgroep b heeft. Echter; de poes kan met het ouder worden steeds meer en meer antistoffen ontwikkelen. Bij tweede en derde nestje kunnen b-kittens dan wel gevaar lopen.

Overzicht van ouderpaar combinaties met verschillende bloedgroepsoorten

De probleemverparing: kittens hebben 100% bloedgroep A terwijl moeder b is.

Ook grote kans op problemen: kitten hebben 50% kans bloedgroep A terwijl moeder b is. *

*Let op: dit is een kansberekening! Kittens kunnen ook 100% A of 100% b worden.

Geen kans op problemen: alle kittens krijgen bloedgroep bb (dit zal bij de Maine Coon zo goed als nooit voorkomen)

Mogelijke kans op problemen verderop

De kittens uit deze verparing hebben 75% kans op bloedgroep A en 25% kans op b. Als het b-kitten een poes is die later voor de fok wordt ingezet en zij wordt verpaard met een A-kater is er dus een potentieel probleemnestje op komst.

Moet ik mijn Maine Coons ook op bloedgroep testen?
Om het grote plaatje te scheppen, even een klein rekensommetje.

Als we er van uit gaan dat er ongeveer 500 Maine Coon fokkers in Nederland zijn, die elk 2 nestjes per jaar krijgen, levert dit dus 1000 nestjes op. Van de ingeschatte 5% van de Maine Coons die bloedgroep b heeft, zou dus ook ongeveer 5% van die nestjes een moederpoes met bloedgroep b hebben. We komen dan op 50 nestjes die een kans op probleemkittens hebben. Hoewel niet erg groot, is er dus wel een gerede kans dat er bij de Maine Coon probleemnestjes geboren zullen worden.

Testen bloedgroep
Hoe komt u achter de bloedgroep van uw kat? Er zijn twee manieren: via een bloedtest of via een DNA test.

DNA test
De DNA test kan via bloed of wangslijm (swab) gedaan worden. Het voordeel van deze laatste vorm is natuurlijk dat er geen bloed afgenomen hoeft te worden en u de swab makkelijk zelf kunt uitvoeren. Als u wilt, of moet kunnen bewijzen welke bloedgroep uw kat heeft, dan kan de swab ook door de dierenarts gedaan worden. Hij moet dan de identiteit van de kat verifiëren aan de hand van de stamboom en het chip registratienummer.

De uitslag van de DNA test geeft de volgende mogelijkheden:

* Dit subtype kan van belang zijn bij het berekenen van de kans op probleemkittens, maar dit geldt alleen als u überhaupt aan de slag wilt met een mogelijk probleemnestje.

Let op: bij van Haeringen bestaat de mogelijkheid om naast de Bloedgroepbepaling DNA, ook de Bloedgroepbepaling Serologie* te laten uitvoeren. Alleen als u van plan bent om een verparing met kans op probleemkittens te maken, heeft deze serologie-bepaling nut. De serologie bepaling geeft aan hoeveel antistoffen (b tegen A of A tegen b) de moeder kan doorgeven. U kunt dan een inschatting maken over het gevaar dat kittens lopen om NI te krijgen. De meeste andere laboratoria testen alleen op bloedgroep DNA.

Felikatleden kunnen 10% korting of meer krijgen bij een aantal laboratoria die ook op bloedgroep testen. Zie de Felikatsite > gezondheid en welzijn.

*Serologie = onderzoek waarmee de aanwezigheid van antigenen of antistoffen tegen een ziekteverwekker (in dit geval de andere bloedsoort)in het bloed kan worden aangetoond.

Bloedtest
Bij een test via het bloed, neemt de dierenarts bloed af en wordt het opgestuurd ter controle naar een laboratorium. Als uitslag zal alleen komen dat de kat type A of B heeft en zonder vermelding welk serotype een kat met A mogelijk heeft.

Remedies en het voorkomen van problemen bij kittens
– De allereerste stap die genomen kan worden, is voorkomen dat een b-poes bevrucht wordt door een A-kater.
– Een b-poes door een b-kater laten bevruchten geeft ook geen problemen.
– Een andere oplossing is om de kittens direct na de geboorte +/- 18 tot en met 24 uur daarna, niet bij de moeder te laten drinken. Dat is niet per definitie de plezierigste methode, maar het wordt door verschillende fokkers van rassen met een hoog percentage bloedgroep b (bijvoorbeeld de Britse Korthaar, Devon Rex & Cornish Rex) regelmatig gedaan.
Let op: houdt goed de geboortetijden van elk kitten afzonderlijk bij en tel daarbij de 18 of 24 uur op.
– Bij een vader met Ab als bloedgroep is het ook mogelijk om de kittens een bloedgroep-sneltest* te geven net na de geboorte. De kittens die dan wél bloedgroep b hebben, kunnen gewoon bij de moeder drinken. Dit vereist wel de nodige constante zorg van de fokker, omdat sommige kittens wél en andere juist niét bij de moederpoes mogen drinken.
– Eventueel kan er voor de geboorte van de kittens, bloed van de moederpoes worden afgenomen. Dit moet dan worden bewerkt waarbij de antistoffen worden verwijderd. Vervolgens kan het aan een ziek kitten worden toegediend. Dit is uiteraard een vrij belastende en bewerkelijke methode voor moeder en kittens.

Met een sneltest moet er direct na de geboorte bloed uit de navelstreng of placenta van het betreffende kitten worden gehaald. Dit bloed moet door een bijgevoegd vloeitje worden opgenomen, waarna het in een houder wordt gestoken. Naast een extra controlelijn op de houder (om zeker te zijn dat de test geldig is), wordt dan de bloedgroep A, b of AB aangegeven. Via de Franse fabrikant Alvedia (zie de link onderaan dit artikel) kunt u deze testen online bestellen en naar uw huisadres laten sturen.

Noot van de schrijver
Ikzelf heb het separeren van de kittens na de geboorte ook een paar maal ingezet bij Devon Rex nestjes, een ras dat ik ook fok. De moederpoes kreeg direct na de bevalling een rompertje aan waarbij ik de kittens met een flesje heb gevoed en 24 uur niet van haar zijde ben geweken.

Devon Rex Karlijntje in een rompertje met haar pasgeboren kittens

Voor verdere praktijkervaring met betrekking tot het voeden van kittens uit nestjes die kans hebben op Neonatale Isoerythrolyse, kunt u een artikel lezen op de site van de werkgroep Rexen en Sphynxen: http://www.rexkattenclub.nl/bloedgroepen.html

Mogelijke symptomen Neonatale Isoerythrolyse
Als u onverhoopt te maken gaat krijgen met een mogelijk probleemnestje, dan moet u op de volgende symptomen letten: het kitten drinkt goed na de geboorte, maar wordt plots slap en/of ademt moeizaam. Het kan geelzucht krijgen, krijgt rode/roodbruine urine (regelmatig met bijvoorbeeld wit toiletpapier de urineafgifte van de kittens op gang brengen door te wrijven over hun kontjes) & bleke slijmvliezen (bloedarmoede) vertonen. De extremiteiten van het lichaam zien geel (zie foto’s) en de staartpuntjes en puntjes van de oren kunnen afsterven. Ook kunnen kittens plotsklaps zonder voortekenen sterven. De ernst van de schade wordt door een aantal oorzaken beïnvloed: de hoeveelheid colostrum dat het kitten drinkt en het aantal antistoffen dat de moederpoes doorgeeft. Als een kitten een geval van NI overleeft, dan hoeft u niet bang te zijn voor schade die de kat later in het leven zou kunnen belasten. Een normaal percentage rode bloedlichaampjes is 40%. Zolang het percentage rode bloedlichaampjes niet onder de kritieke 10% komt, kan het kitten herstellen. Een percentage onder de 6% is dodelijk.

Wat te doen bij het vermoeden van NI?
Het kitten moet onmiddellijk bij de moederpoes worden weggehaald en met de hand verder worden gevoerd. Als er niet te veel schade is aangericht, kan het kitten mogelijk herstellen en na 24 uur (om veilig te zijn) weer bij de moeder worden aangelegd. Eventueel kan er bewerkt bloed van de moederpoes worden toegedient, zoals bij Remedies is uitgelegd.

Andere redenen voor bloedgroep determinatie
Deze kunnen zijn: bloedtransfusie en bloeddonorschap. Het krijgen van een bloedtransfusie kan soms levensreddend zijn. Denk aan een ziekte met sterke bloedarmoede of als een kat bij een trauma veel bloed heeft verloren. Het mag inmiddels voor zich spreken waarom er geen incompatibele bloedsoort gegeven moet worden.

Ook zijn er eigenaren die hun kat opgeven als bloeddonor. Voor het beheer en verkrijgen van bloed voor (huis)dieren bestaat sinds kort in Nederland de Eerste Veterinaire Bloedbank.

Conclusie:
– Als u nu al weet dat één van uw katten een bloedgroep b heeft (met name bij poezen) of Ab, dan is het verstandig om toekomstige partners ook een bloedgroepdeterminatie te geven en de hierboven vermelde informatie goed tot u te nemen.
– Hebt u te maken gehad met het plotseling sterven van een net geboren nest kittens met de hierboven vermelde symptomen? Ook dan is het verstandig om bij de moederpoes en de vader de bloedgroep te laten determineren en verdere fokkeuzes te maken uitgaande van de hier vermelde informatie. Hetzelfde geldt voor sterfte van net geboren kittens bij ouderdieren die nauw verwant zijn aan uw fokdieren.
– Overigens is de keuze aan u om uw fokdieren te laten testen.

Bronnen:
Internet International Cat care: http://icatcare.org/advice/cat-health/feline-blood-groups-and-blood-incompatibility
Dr. Addie: http://www.dr-addie.com/Dutch/bloodgroupsdutch.htm
Pawpeds: https://pawpeds.com/pawacademy/health/bloodgroups/index_nl.html
Alvedia sneltest: http://www.alvedia.com/quick-test-blood-typing.html
Eerste veterinaire bloedbank: http://www.evbn.nl/
Laboratoria: Testadressen op de website van de Rasclub Maine Coon
Felikat: http://www.felikat.org/default.asp > gezondheid en welzijn > testinformatie

Literatuur:
Praktische gids: Het fokken van katten, uitgave van Royal Canin (niet in de handel verkrijgbaar)

Verdere informatie:
Drs. Guus Blokland, dierenarts te Utrecht

Facebook